De Stukkenjagers 6 – HMC 3

Door Mike Adriaanse

Op 9 november 2024 mochten wij met HMC 3 aantreden in Tilburg. Er beloofde een spannende schaakmiddag te gaan plaatsvinden tegen de stukkenjagers 6. 
Met gezonde spanning werd naar Tilburg afgereisd, een deel ging met de trein en de andere spelers gingen met eigen vervoer naar de speellocatie. Sommige partijen hadden onverwachte wendingen, welke zelfs in de analyse achteraf pas gezien werden. Hier volgt een gedetailleerd verslag van de partijen.

Nadat de partijen begonnen zijn en de eerste zetten zijn gespeeld zie ik op bord 5 een tactische stelling ontstaan. Nadat ik even later weer het bord bezoek zie ik dat er een loper wordt geofferd op h6, nadat ik kort stil sta schat ik zelf in dat het offer niet correct is. Even later hoor ik de tegenstander van de Stukkenjagers remise aanbieden en Beyza wijst dit stoer af. Niet veel later kunnen de stukken de doos in want de tegenstander van Beyza geeft zich gewonnen. (Helaas heb ik niet veel van deze partij kunnen zien en is de partij ook niet ingestuurd voor het verslag). Met een mooie opsteker van Beyza kunnen de andere borden aan de slag om ook de volle winstpunten binnen te halen. 
 
De volgende partij die eindigt is van mijzelf. Deze partij speel ik met wit tegen een tegenstander welke ik voorgaand jaar ook al in de competitie tegen de stukkenjagers heb getroffen. Toen was het een erg taaie pot en ik bereid me dus voor een zware strijd.  
Er komt een Franse verdediging op het bord, door de snelle ontwikkeling van wit, en de wat achtergebleven ontwikkeling van zwart komt op zet 7 al een belangrijk moment.  De witte stukken gaan naar de juiste velden en door de open e-lijn kan wit op zet 9 een pion winnen.  

Zwart besluit hier Pf6 te spelen, een logische zet aangezien zwart de koningsvleugel nog volledig moet ontwikkelen. Na te1+, Le7, Dxc5 staat wit een comfortabele pion voor welke direct gedekt kan worden met Pb3. Zwart houdt ook een zwakke pion over op d5. en het veld d4 is volledig onder de controle van wit. Voor mijn gevoel speel ik een prima opening en krijg ik een mooie stelling.  Na nog een aantal zetten gespeeld te hebben komt de volgende stelling op het bord.

In bovenstaande stelling sloeg bij mij de twijfel toe, ik begon te twijfelen of ik g4 kon spelen en om zo stukken af te ruilen en mijn voorsprong in materiaal en de zwakke pion van zwart kan uitbuiten. Echter heb ik lang moeten kijken of het offer met Pxg4 werkte voor zwart. Na enig rekenwerk besluit ik toch voor g4 te gaan, mijn tegenstander speelt bijna direct Lg6. Enigszins verbaasd dat deze zet zo snel gespeeld wordt denk ik weer enkele minuten na. Het plan om stukken af te ruilen werkt, Lxg6, fxg6.

In bovenstaande stelling besluit ik g5 te spelen om een 2e pion te winnen en mijn materiaalvoordeel nog verder uit te breiden. Met het idee om daarna stukken te gaan ruilen met Pe5 en mijn materiaalvoordeel over de streep te trekken.
g5, Ph5, Dxd5, Kh8, Pe5, de dreiging is een kwaliteit te winnen door Pf7+, wit kan bijvoorbeeld geen Td8 spelen door de volgende zetten. Pf7+ Txf7, Dxf7. Pf7+ Kg8 is dodelijk door Ph6+, Kh8 Dg8+ waarna een stikmat volgt op f7.
Nadat ik Pe5 speel ruilt mijn tegenstander de paarden en de dames op e5 en kom ik in een gewonnen eindspel terecht. Na nog een aantal zetten te hebben geprobeerd besluit mijn tegenstander op te geven.

De partij die hierna klaar was, is de partij van Kees. Kees speelt aan bord 2 met de zwarte stukken en nadat ik langs ben gelopen staat er in mijn ogen een normale stelling op het bord. Voor zover ik de partij kon beoordelen is de partij begonnen als een Philidor. Enige tijd later zie ik dat de stelling volledig is omgedraaid in het voordeel van wit. 2 witte paarden bestrijken prachtige velden en Kees zijn loper daarentegen kijkt tegen zijn eigen pionnen aan. De witte koning kan vele malen sneller actief worden en het is een kwestie van tijd voordat wit een vrijpion creëert en de overwinning over de streek strekt. (Helaas heb ik van deze partij ook niet al te veel gezien en deze is ook niet ingestuurd voor het verslag.)

Lars speelt aan bord 3 met de witte stukken. Eerder in de opening speelde Lars een zet welke ik niet helemaal begreep. Lars besluit om e4 te spelen en de lange diagonaal dicht te zetten. In mijn ogen was het idee om deze juist open te houden en een aanval op te zetten op de damevleugel. Na een aantal zetten verder te hebben gespeeld en de spelers beide wat meer stukken in het spel te hebben gekregen besluit Lars dat het tijd is voor actie. 

Lars besluit hier voor f4 te gaan, een logische zet aangezien wit het centrum wil ondermijnen en op termijn de lange diagonaal en het centrum wil openen om een aanval op te kunnen zetten. exf4, Pxf4, Dd7 wordt gespeeld. Waarna de stukken van zwart elkaar eigenlijk in de weg staan en wit het spel kan overnemen. Na Dd7 is de winnende voortzetting g5 (makkelijker gezegd dan gedaan). Het paard van f6 heeft alleen het veld e8 over om terug te trekken en de zwarte stukken komen erg passief te staan hierdoor. De loper van g6 heeft ruimtegebrek en kan worden opgejaagd door h4 te spelen waardoor ook de loper van g2 weer kan meespelen op h3. Echter vervolgde de partij zich anders, Lars besloot namelijk Le3 te spelen wat ook een erg logische zet is aangezien dat zijn ontwikkeling afmaakt.  

Stelling na Le3

Lars zijn tegenstander besluit hier c6 te spelen en geeft Lars nogmaals de kans om g5 te spelen met hetzelfde idee als hierboven beschreven. Lars laat dit na en kiest ervoor om a3 te spelen om ruimte te nemen op de damevleugel, een erg logisch vervolg aangezien beide lopers al op de damevleugel gericht zijn. De tegenstander besluit dan om het paard van f6 wat meer ruimte te geven door Dc7 te spelen. Lars besluit nogmaals meer ruimte te nemen op de damevleugel met b4. Een aantal zetten later lijkt het dat alle problemen opgelost zijn voor zwart, er worden wat stukken afgeruild waardoor het ruimtegebrek minder merkbaar wordt, echter net op het moment dat het weer gelijk lijkt te worden speelt Lars een aantal zeer secure zetten op wat onnauwkeurigheden van zijn tegenstander.  


In bovenstaande stelling heeft wit het loperpaar en meer ruimte, zwart besluit met Dd8 te komen waarop Lars de torens afruilt. Dxf8 en d4 tot gevolg. De pionnen van wit worden hierdoor mobiel. Het plan voor zwart was om de witte pionnen aan banden te leggen met c5. Nu de pionnen mobiel worden komt er zeker weer spel in de stelling. Na d4 speelt zwart Pd7 waarna wit keurig het spel voortzet met een tempo op het ongedekte paard door Dg4 te spelen. Zwart dekt het paard met Dd8.

Stelling na Dd8

H4 wordt gespeeld een logische zet om g5 te dekken en de stukken van wit vrij te maken om te bewegen. Pf8, Lh3 volgt om de witte velden in het zwarte kamp aan te vallen. De pion op b7 is het aanvalsdoel waar wit op lijkt te focussen. Zwart besluit dat het genoeg is geweest en gaat voor tegenspel op de damevleugel. Zwart besluit a5 te spelen.

Wit besluit het plan door te zetten om de b-pion aan te vallen en speelt Dc8, Db6 van zwart en c5 van wit.

Zwart besluit af te ruilen op c5, dxc5, dxc5 en Dd8 te spelen, dit is de cruciale fout aangezien de b7 pion niet meer gedekt kan worden. Dxd8, Lxd8 Lc8 en zwart geeft op.  
 
De score van Lars brengt de stand op een 1-3 voorsprong voor HMC. 
 
De volgende partij is van Bram Sekreve,  Bram speelt zwart en in mijn ogen een bijzonder opening, Bram speelt dit vaker (en staat bekend om zijn bijzondere stijl in de opening) en kent het systeem goed. Objectief is het niet juist maar hij krijgt er leuk spel mee, laten we de partij eens induiken. De stelling na zet 8.

Zwart moet hier oppassen voor d6 aangezien de loper op b7 ongedekt staat. Zwart besluit af te ruilen op c3, waarna Pxc3 de loper weer dekt. Daarna wordt afgeruild op d5 en wordt Pf6 gespeeld door zwart. Wit rokeert en zwart besluit de witveldige loper te slaan met het paard. Pxe4 tot gevolg. Ook zwart besluit te rokeren om de koning veilig te zetten en de open f- lijn in te nemen.  

Wit besluit Te1 te spelen om een aftrek aanval voor te bereiden, Zwart stapt uit deze aanval met een aanval op de f2 en d5 pion door Df7 te spelen. Het nadeel aan de witte stelling is dat de pion op d5 erg zwak wordt en daar nu ook al 2 aanvallers op gericht staan ook f2 dient te worden gedekt waarna wit besluit de d-pion op te geven en speelt voor activiteit aangezien zwart nog niet volledig ontwikkeld is. Na Le3 volgt Dxd5, Dxd5, Lxd5 waarna zwart een pion voor staat maar de c-pion lijkt het aanvalsdoel voor wit te zijn op het moment.  Pc3 met tempo Le6 volgt.  

Pb5 wordt gespeeld door wit en zwart heeft daarop eigenlijk maar een mogelijkheid, het paard ontwikkelen en de c pion verdedigen Pa6.  
Te-c1 wordt gespeeld waarna bram met c6 reageert. Nadat beide partijen de stukken hebben verbeterd stappen we de partij weer in op zet 26. 

Hier ziet zwart een tactische truc over het hoofd om nog een pion te winnen. Zwart besluit Pe7 te spelen en de a pion op te geven. Zwart kan het paard niet slaan omdat de loper op d5 valt, echter kan zwart Lxf3 spelen met tempo op de toren van d1 en daarna het paard ophalen.  Zoals gezegd wordt dit niet gespeeld en gaat Bram voor Pe7. Wit besluit te slaan op a7 waarna bram met b5 het paard buitensluit. Het paard heeft weinig velden over. Na nog een aantal zetten van stukken verbeteren volgt er nog een moment voor zwart, deze keer slaat zwart toe en dwingt een fout af bij wit.  

Wit besluit Le5 te spelen. Bram besluit Met Tf4 de controle over de 4e rij te behouden en het paard van a7 verliest zijn verdediger en heeft geen velden meer. Het is een kwestie van tijd en goed opletten tot het paard verloren gaat. Na Tf4, Ld6 (poging om het paard nog te redden via Lc5) Ta8, Lc5 wint zwart het paard door Pxc5.  Wit probeert nog een laatste truc met Pxc6 maar bram slaat correct op c6 en staat een stuk voor. Er worden nog enkele zetten gespeeld maar de partij is over en uit. 
 
Dan op naar de partij van Roeland.  
Roeland komt fantastisch uit de opening.  

Zwart speelt hier correct e5 om een stuk op te halen. Na Lg5, e4, Pd4 heeft Zwart een meer dan goede stelling. De loper op d3 hangt en kan zwart zo oppikken.  Roeland besluit hier Pxd4 te spelen waarna wit antwoord met exd4. Stukken afruilen als je een stuk kan winnen kan nooit slecht zijn lijkt mij. Stelling na exd4. 

In de analyse bespreken we de partij van Roeland nog na en Roeland legt ons netjes uit waarom hij niet slaat op d3. Ik citeer ”die open e-lijn zag er wel gevaarlijk uit als ik met exd3 sla, ik dacht dat ik in deze stelling de pion van d4 kon winnen.” Wij stemmen met hem in en de analyse gaat verder. (Voor de lezers een kleine puzzel, wat speelt wit na Dxd4?) De partij gaat verder met Lxf6, Dxf6, maar de problemen lijken hier al te groot voor zwart, de monarch blijft in het centrum nadat wit Lb5 speelt. De koning moet wijken en gaat naar d8 waarop wit direct de materiaalbalans in evenwicht brengt door Pxe4 te spelen, een prachtige zet welke gebruik maakt van de penning op de d-lijn.  
Het initiatief is hier voor wit al te groot, voor de volledigheid voeg ik hier de partij nog toe. 

Tim speelt zoals we van hem gewend zijn met zwart en hij speelt een solide opening beide spelers houden de partij in evenwicht en de stukken worden telkens lichtelijk beter gezet. Zwart bouwt hierdoor een klein voordeel op en we stappen de partij dan ook pas in op zet 25.  

De zwarte stukken staan actiever en pionnenstructuur van zwart heeft minder zwaktes als die van wit, vandaar dat zwart een tikkeltje beter staat in mijn ogen. Wit speelt op zet 26 een onnauwkeurigheid met Te2. Tim straft deze onnauwkeurigheid direct af door een pion te winnen met Lxf4 aangezien de toren op e2 ongedekt komt te staan en maakt direct gebruik van de gepende e-pion. Wit besluit Te1 te spelen en ook te dubbelen op de e-lijn. De loper heeft zijn taak gedaan en wordt terug gespeeld naar c7. Een prettige stelling voor zwart en wit wil tegenkansen creëren. Dit wordt geprobeerd door te breken op de damevleugel met b4.

Tim speelt zoals we hem kennen solide. Hij haalt het tegenspel eruit met a7 zodat wit geen onnodige zwaktes kan maken met b5. Wit blijft aandringen op de damevleugel en wel door a4 te spelen. Tim straft dit keurig af door Tc4 te spelen en de stukken nog actiever neer te zetten. Db3, Te4 tot gevolg. C3 om de dreiging van Txb4 uit de stelling te halen en Tim voert de druk nogmaals op met Le5, Pxe5 Dxe5. De stelling van zwart ziet er schitterend uit. Actieve torens en een actieve dame. Een meerderheid op de koningslveugel voor zwart. Tim besluit dat het tijd is om die koningslveugel aan het werk te zetten. De stelling na zet 35. 

Wit gaat in deze stelling nogmaals voor activiteit op de damevleugel door Ta1 te spelen. De wit speler zal inderdaad iets moeten proberen en op de damevleugel tegenspel zoeken lijkt logisch. Tim speelt Dg4 met het idee om te voorkomen dat wit b5 door kan schuiven aangezien de a pion dan valt, echter levert dit teveel tegenspel op tegen de zwarte koning. Na b5, Txa4, Txa4, Txa4 bxc6, bxc6, Tf2 De witte stukken krijgen voldoende activiteit om tot een aanval te komen met, zwart dient hierbij zelf uit te kijken dat het niet mat gaat.  

Zwart besluit hier Te4 te spelen waarna wit een winnend voordeel heeft aangezien de 7e rij niet verdedigd kan worden. Echter ziet wit dit niet en besluit voor zet herhaling te gaan met Tf8 en Db7. Tim speelt remise en de overwinning voor HMC 3 is een feit. 

Dan de laatste partij van dit verslag, dit is de partij van Pieter Steijlen met wit. 
Pieter krijgt een klassieke Caro-Kann tegen en speelt een goede opening. We komen de partij binnen op zet 11.

De stelling oogt goed voor wit, alle stukken zijn ontwikkeld waar zwart de loper van f8 en het paard van b8 nog dient te ontwikkelen. Wit speelt hier Da6 waarmee hij snel het paard van b8 in het spel wil brengen mocht wit besluiten af te ruilen. Wit besluit dit te doen maar helpt hiermee in de ontwikkeling van zwart, beter zou zijn om c4 te spelen, ruimte in het centrum te nemen en de dameruil af te slaan. Nadat zwart met paard terug slaat op a6 besluit wit lang te rokeren en een aanval op te gaan zetten op de koningsvleugel, met de ver opgerukte h-pion en de stukken aan de kant van de koningsvleugel oogt dit als een juist plan. Zwart ontwikkeld de koningsvleugel door e6 en Le7 te spelen waarna de volgende stelling op het bord komt. 

Bovenstaande stelling oogt oke voor beide spelers, wit heeft een duidelijk plan om aan te vallen op de koningsvleugel welke zwart uiteraard gaat proberen te pareren. Het paard van a6 kan terug in het spel gebracht worden via c7 en kan vanuit daar ook ondersteunen in de verdediging. Pieter gaat aan de slag met f4 om later met f5 de stelling proberen open te breken. Zwart gaat het paard van a6 verbeteren via c7. Beide spelers kiezen voor logische plannen en het is een gelijk opgaande strijd. Na een aantal zetten te hebben gespeeld, hebben er enkele manoeuvres plaatsgevonden met de stukken. De witte stukken lijken hierdoor een aanval te kunnen starten.  

it lijkt hier een prima aanval te hebben, de witte stukken staan actief en pieter geeft in de analyse aan veel tijd te hebben besteed om offers op h6 en f7 uit te rekenen waarna hij tot de conclusie komt dat eigenlijk geen enkel offer werkt. Deze conclusie is juist maar het heeft wel een hele slok tijd gekost. Wit besluit dan Th-g1 te spelen waarna plots de pion van d4 verloren gaat met Pxd4, Pxd4, Lxe5.

Ineens ziet de partij er heel anders uit en heeft zwart een prima stelling verkregen. De witte pionnen op g4 en h5 moeten nog voor wat tegenspel gaan zorgen voor wit maar dit is ook niet makkelijk. Wit besluit met Pf5 nog een poging te wagen om een aanval te starten. Zwart besluit met c5 het veld d4 onder controle te nemen waarna wit direct met g5 de koningsvleugel wil openbreken. Zwart besluit nog maar een pion te winnen op h5, wit kiest hier om direct het paard aan te vallen met Th1, beter zou zijn geweest het paard buiten spel te laten staan en voor een tegenaanval te kiezen met Te-f1. Het paard ontbreekt aan velden en zwart moet een oplossing vinden om de koningsvleugel dicht te houden. Echter na Th1 kan zwart stukken afruilen met Pg3 wat in de partij ook gebeurt. Na een aantal zetten krijgt Pieter nog een kans op remise, echter met seconden op de klok is dit lastig te vinden, Pieter vergeet zelfs even dat hij op zet 40 tijd bij krijgt. Dit besef komt pas op zet 43 waarna de stelling al verloren is.

Wit moet hier het plan vinden om h7+ te spelen, met als gevolg, kg7, h8=D+, Txh8, Txh8, Kxh8 Txf7 met een pion achterstand maar een erg actieve toren. Helaas vindt Pieter dit niet in de partij en zwart speelt de stelling met een pluspion keurig uit. Eindstand 3,5 – 4,5 overwinning voor HMC 3.

Dit bericht is geplaatst in Externe Competitie, HMC 3. Bookmark de permalink.

Geef een reactie